Antarctica – Ontbijt om 07.00 uur. Met moeite sta ik op. Slenterend loop ik naar het restaurant waar het ontbijtbuffet is. Ik leg twee toasts, omelet en een media luna op mijn bord om hierna gezamenlijk met het gezellige last minute-groepje te eten. Om 08.00 uur krijgen we bezoek op ‘El barco del amor’. Het is het personeel van Port Lockroy, Florence en Florence, één uit Nederland en de ander uit Engeland. Ze werken met twee andere Engelsen op Port Lockroy, een museum en souvenirshop wat behoort tot de ‘Antarctic Heritage Trust’. Het museum laat zien hoe Antarctische bewoners hier hebben geleefd. Maar dit is ook de plaats waar je je postkaarten vanuit Antarctica naar huis kan versturen! De avond ervoor heb ik al mijn speciale kaarten voor mijn familie en mezelf – leuk voor later – geschreven. Vandaag sta ik voor de rode postbus, poserend voor de camera met de kaarten in mijn handen. Met een glimlach op mijn gezicht sta ik gereed om ze erin te gooien. Flop!

Om het museum en de souvenirshop is het stuk land verborgen door een dikke laag sneeuw. Ik kijk naar mijn felgele regenboots met er omheen pootafdrukken. De ezelspinguïns laten hun voetsporen in de witte laag achter. In de kou staan ze recht overeind, de meeste hebben hun ogen gesloten, terwijl de wind hun kleine veren laat bewegen. Stukjes pluizenhaar zie je op hun vacht zitten, wachtend totdat het er vanzelf uitvalt. In deze ‘vervelperiode’ zijn de vetganzen gevoelig en sneller geirriteerd. Vijf meter afstand dienen we van de pinguïns te staan. We worden verrast door een Antarctische pelsrob die vanuit het water op het land tussen de vogels strak in smokingspak belandt, zijn snavel in de lucht steekt, ronddwarrelt en weer de zee ingaat. Ook van hem moeten we een aantal meters vandaan staan. In de buurt is er het Jougla Point. Daar schijnt een vogelnest te zijn, maar ik ontdek hem niet. Wel heb ik weer een horde ezelspinguïns om me heen, kinderen achter hun moeder aanrennend of stilstaand kijken ze me aan of lopen me voorbij. Vertroetelend.

Lunchtijd. Met een luxieuze drie-gangen lunch voor me, vul ik mijn maag op princesse wijze. Hierna cruisen we met ‘de Ushuaia’ door het ‘Lemaire Channel’. Met een lengte van zeven mijl en slechts één mijl breed. Op naar het zuiden. Dit kanaal is door Adrien de Gerlache benoemd voor Jacob Lemaire, de Belgische ontdekker van de Belgian Congo. Met Booth Island aan de westzijde van het Lemaire Channel, heb je het gebied waar Dr. Jean Baptiste Charcot heeft overwinterd. In het zuiden van het Lemaire Channel landen we een paar uur later bij de Argentine Islands. Daar bij één van de eilanden, Galindez Islands, is het Britse Faraday station aanwezig wat nu het ‘Vernadsky station’ heet en in bezit is van Oekraïne. Het gebied waar samen met een ander Brits station, ‘Halley’, voor het eerst het gat in de ozonlaag is ontdekt. Bij het Oekraïnse station wacht vodka op ons. De dames kunnen gratis een shotje krijgen als ze op magische wijze hun BH – met kleren aan – uitdoen en het aan de Oekrainiers doneren. Iets om over na te denken.

Voordat we bij de Oekrainiers op visite gaan, ga ik eerst met de zodiac naar Winter Island toe waar het ‘Wordie House’ zich bevindt. Formeel gezien is dit de ‘Base F’ van de Tabarin Operation uit Engeland waar de geoloog James Wordie zichzelf heeft geinstalleerd. Wat eigenlijk het eerste gebouw van het eerst station is aan het einde van de jaren ’40. Jaren later is er een nieuwe en betere station gebouwd terwijl het ‘Wordie House’ als ‘Historical Site for The Antarctic Treaty System’ is benoemd. Als je naar binnen gaat, kom je terecht in een klein huisje met verouderde pannen, verroeste blikken, oude matrassen, versleten stoelen en boeken die de werkelijkheid in de jaren ’40 illustreren. Aan de muur zie ik zelfs een foto hangen van vier mannen – met dikke snorren en lange manen – die voor het huisje zitten met bier in hun handen en slechts een T-shirt aan hebben. Ook het zonnetjes kan zelfs in Antarctica goed schijnen. Tenslotte staan de Argentine Islands ook bekend als de plek in Antarctica waar het lekker warm kan zijn.

Met de zodiac gaan we naar het ‘Vernadsky station’. Daar worden we door twee Oekraïnse wetenschappers ontvangen. De Balkanhoofden herken ik uit duizenden. Grappig. De kleine tour in het station eindigt op de bovenste verdieping, waar de bar en pooltafel zich bevinden. Sasha staat achter de bar en de kok met helblauwe – bijna enge – ogen kijkt me aan. De shots staan al klaar voor onze last minute-groep. Michaela doet een rondje alvast ter ere van haar 42ste verjaardag op 23 februari. Kah Siok, Louis, Sandra, Inger, Michaela en ik staan naast elkaar, poserend voor de camera terwijl we in één teug de lekkere vodka opdrinken. Proost! Achter ons hangen drie BH’s, één rode, een witte met gekleurde symbolen en een bruine. Er is nog plaats voor één BH. De mijne? Ik bewaar toch liever mijn zwart gekante BH voor ‘me, myself and I’.

Na de vodka die mijn strotje heeft verwarmd, doe ik een poging om met mijn Kroatische taalkennis met de Oekrainiers te communiceren. Door mijn teksten drie keer te herhalen of andere woorden te gebruiken, verstaat Sasha mij. Ik praat verder, terwijl Inger een balletje slaat en er eigenlijk ook goed in is. Uiteindelijk wordt er door Mariela aan ons gevraagd of we hier een jaar willen blijven. Ik kijk haar aan, knipper twee keer met mijn ogen, ik doe mijn jas aan en ik vertrek naar buiten. Als laatste groep zit ik met Inger en de rest van de last minute-lui in de zodiac, terug naar ‘de Ushuaia’. Ik loop de trap van ‘The Love Boat’ op en ik ben weer aan dek. Niemand staat voor aan dek en ik loop naar de voorkant van de boot. De wind botst tegen me aan, iets brandt in mijn oog terwijl ik om me heen kijk. Ik ben omringd met alleen maar land, bedekt met sneeuw. De zon beschijnt een deel daarvan en de sneeuw glanst als het ware. Schitterend. Ik realiseer het me nu pas. Ik ben in Antarctica.