Puerto Varas – De ochtend na kerstavond word ik laat wakker, zonder plannen voor de Eerste Kerstdag. Behalve genieten van een cappuccino en een verrukelijk ontbijt met geroosterd brood en avocado, jus d’orange en chocalade muffin bij café ‘El Barista’; het dagelijkse ritueel sinds ik in Puerto Varas ben. Ik heb net mijn ogen geopend, ik dwarrel halfslaperig door het hostel ‘Casa Margouya’ en ik zie een lege tafel voor me; ontbijt gemist. Ik kijk naar de Colombiaan, met wie ik mijn slaapzaal deel, die nu recht tegenover mij op de bank zit. Hij vraagt aan mij of ik met hem de zes uur durige trekking wil doen om de vulkaan ‘Calbuco’ (2015 m) van dichtbij te bekijken. Mijn wazige blik wordt direct scherp en ik ren direct terug naar mijn kamer, kleed me aan om met hem en een Argentijns mannenkoppel – een bioloog en HR-resourcer – de vulkaan te spotten.

Na een bobbelige rit van een half uur met de gehuurde auto van de Colombiaan staan we ergens middle of nowhere voor het meer geparkeerd, waar de wandeltocht begint. Na enkele meters lopen, komt de bioloog met de grap dat hier puma’s rondlopen en wij makkelijk aangevallen kunnen worden. Er wordt direct iets benauwends in mijn hoofd geïllustreerd. Naast mijn favoriete programma ‘Locked Up Abroad’ op ‘National Geographic’ heb ik een andere documentaire gezien, die ook mijn hartje sneller doet kloppen sinds ik in Zuid-Amerika ben. Zo heb ik voor mijn vertrek naar de andere kant van de wereld, een angstaanjagend verhaal gevolgd over een koppel van middelbare leeftijd dat ergens in Amerika een trekking heeft gedaan, waarbij de man door een puma wordt aangevallen. Maar hij overleeft het, ondanks dat de puma een groot stuk huid van zijn schedel heeft afgebeten en meerdere pogingen heeft gewaagd om de man in zijn nek gruwelijk te doden. Sindsdien gaan mijn haren overeind staan als ik iets over puma’s hoor, inclusief grappen.

Het is trouwens de eerste dag dat de zon schijnt sinds ik in Puerto Varas ben. De zonnestralen prikken op mijn armen en ik zie dat deze ledematen een mooie tint donkerder worden. Mijn witte benen, blijven bedekt in mijn lichtblauwe jeans verstopt voor de zon. Ik heb het warm maar de Colombiaan bibbert van de kou en ik geef hem mijn met lama’s versierde alpaca handschoenen, de mannen geven hun handdoek wat de Colombiaan als sjaal gebruikt. Ik loop als het traagste eendje achter de rest aan, want verbluft kijk ik om me heen naar al de diverse bomen en planten wat mijn gehele wandelroute inkleurt met groen. De Scheveningse bosjes zijn hier niets bij. Daarbij heb je het uitzicht van de vulkaan ‘Calbuco’ die massaler wordt als je drie uur naar hem toe hebt gelopen. De top is bedekt met sneeuw, waardoor hij lijkt op een ijsdessert met een gesmolten hoop slagroom bovenop.

De top eindigt ergens ver boven, bij de wolken. Ik tover mijn camera uit m’n tas en ik kan het niet laten om veel foto’s te maken. Even later komen we zelfs verharde lavaresten op de grond tegen. Lava ja, maar geen puma. We rijden terug naar Puerto Varas, ik zit achterin de auto met een glimlach op mijn gezicht. Mijn gedachtes vliegen alle kanten op. Één gedachte gaat maar niet weg: ik wil een actieve vulkaan beklimmen. Mijn lach wordt groter als ik er langer over nadenk. In ons hostel eten we even wat simpels: spiegelei met patat en rijst. Daarna loop ik de hoek om naar mijn favoriete café van mijn hele trip, ‘El Barista’, voor een zeer goed kopje koffie met opgeschuimde melk. Het enige plan wat ik voor vandaag heb ‘gepland’, komt toch uit na een avontuurlijke en adembenemende ervaring op de Eerste Kerstdag. Deze cappuccino is het zogenaamde kersje op het ‘ijsdessert met gesmolten hoop slagroom’ wat ik vandaag heb gezien. Mijn Eerste Kerstdag kan niet meer stuk!